Dag 3 Kgalagadi Transfrontier Park
Vanmorgen was het vroeg dag, maar er waren mensen die nog eerder op waren gestaan. Terwijl wij buiten aan het ontbijt zaten, gingen er al enkele auto's de kant van het park op.
Toen wij daar om kwart voor 7 arriveerden, stond er al een grote groep te wachten. De meesten behoorden echter tot de Duitse snelheidsduivels, die ook in onze lodge hadden overnacht. Met wat slimme moves, waren wij toch als derde aan de beurt en om 10 over 7 reden we het park in.
We zagen gelijk een mooie uil in een boom niet ver van de ingang, hij/zij wiegde met het hoofd op en neer toen wij naderden. Vanwege de verkeerde lichtinval werd de foto iets minder mooi dan gehoopt.
De Kalahari was ongelooflijk groen na de flinke regenbuien van eind januari. Tussen het groene gras kwamen duizenden gele bloempjes tevoorschijn. De lucht was vol met fladderende witte en gekleurde vlinders.
Op het eerste stuk door de duinen was er niets anders te zien dan al dat groen, geel en wit. Bij het Auob dal aangekomen in eerste instantie ook niets, totdat we de eerste kleine kudde springbokken en gnoes zagen.
Daarna natuurlijk de onvermijdelijke gemsbokken. En weer een stuk verder lag een flinke mannetjesleeuw in de schaduw van een boom uit te buiken. Hij hief niet eens zijn kop op toen we naderden. We bleven een poosje staan kijken, maar het zag er niet naar uit dat er binnen afzienbare tijd beweging in het dier zou komen. We reden dan ook maar verder.
En plotsklaps zagen we midden in de droge rivierbedding een cheetah aan komen lopen. Pal in het zicht. Zij was blijkbaar op een missie, en Ad herinnerde zich een stukje terug een paar springbokken gezien te hebben.
We hebben al een paar keer eerder de opbouw van een cheetah op jacht gezien, en konden ongeveer voorspellen wat er zou gaan gebeuren. Het dier liep omhoog de steile oevers van de rivier op, om uit het zicht van de bokken te blijven.
Boven aangekomen, ging ze zitten wachten, het leek of ze op versterking aan het wachten was.
Na een tijdje liep ze terug in de richting waar ze vandaan was gekomen, weg van de bokken. Plotsklaps echter, halverwege de helling, zette ze de sprint in. Gelukkig stonden wij in de goede richting, en reden snel achter haar aan.
Bij een grote struik hing een grote stofwolk en we waren al bang dat ze de bok daarachter te pakken had gekregen, dus buiten ons zicht. En opeens zagen we haar, bij een opening tussen twee struikjes. De bok was sterk en het duurde lang voordat ze het dier gewurgd had. Ze sleepte het achter een van de struikjes en verdween zelf in de schaduw van een grote boom om bij te komen van de inspanningen. Uit ervaring weten we dat dit minstens een half uur duurt voordat ze de prooi naar een veilige plek gaat slepen. We reden daarom verder en namen een koffiepauze op de picknickplek bij Auchterlonie. We zagen nog een eenzame jackal, ook duidelijk op een missie. Tot tweemaal toe kroop een schildpad over het pad, die hebben we nog nooit eerder in het park gezien.
Op het pad door de duinen werden we door een ranger van Ta Shebube opmerkzaam gemaakt op een African Wildcat, bijna onmogelijk te herkennen, door de grootte van het dier, door de afstand en door de camouflage van de schaduw. Pas thuis zagen we op de foto's dat het inderdaad een wildcat was.
Verder was er niets te zien dan duinen en groen gras, een paar struisvogels in de verte en verschillende kori bustards (gompou in het Afrikaans en koritrap in het Nederlands; de zwaarste vliegende vogel, ca. 11 tot 19 kilogram, en tot 120 centimeter lang). Bij KijKij op de oever van de Nossob stond een grote kudde springbokken.
En later zagen we de eerste red hartebeest en een klein steenbokje. Aan deze kant van het park opvallend veel struisvogels en secretarisvogels, ook meer gemsbokken dan aan de andere kant.
We zagen echter niets spectaculairs meer en we reden terug naar de lodge om daar onze warme lunch te bereiden. Dat smaakte heerlijk. Na een relaxpauze gingen we andermaal op weg.
Donkere wolken pakten zich samen toen we naar het Auob dal reden. We zagen gemsbokken, springbokken en gnoes. De luie leeuw lag nog onder dezelfde boom, hij was echter met de schaduw mee verhuist en bevond zich nu iets dichter naar het pad toe.
Nadat we wat lawaai gemaakt hadden, ging hij verliggen, met zijn kop onze kant op, een poot in de lucht waarbij hij een klein stammetje gebruikte als steun. Een grappig gezicht. Verder was er geen beweging in te krijgen en we besloten een stukje verder te rijden op zoek naar "onze" cheetah. Ze lag nog onder dezelfde boom, de prooi was er, zoals we verwacht hadden, ook naar toe gesleept.
We reden terug ofschoon het nog geen sluitingstijd was. Maar het was inmiddels zo donker geworden dat de bui elk ogenblik kon losbarsten. We zagen de eerste bliksemflitsen en toen we eenmaal op onze veranda zaten met een glaasje wijn begon het ook te regenen. Eerst nog druppelsgewijs. Later een heuse stortbui. Ook in de nacht passeerden er nog verschillende onweersbuien.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}